De lessen van Taizé

In augustus 2005 ben ik te gast bij de kloostergemeenschap in Taize en daarmee getuige van de moord op broeder Roger, de prior.
Het klooster, jaarlijks toevluchtsoord voor duizenden jongeren, is ook in die weken drukbezocht. Afgeladen vol zit de kerk als plotseling een geluid door de ruimte gaat dat ik daarvoor en, gelukkig, daarna nooit meer zo zou horen. Een collectieve gil, een golf vol gespannen paniek en ontzetting, bijna dierlijk.
Het zijn de jaren na 9/11. In juli van dat jaar zijn er terroristische aanslagen in Londen. Het jaar daarvoor in Spanje. Ik weet nog dat ik in eerste instantie niet precies kon zien wat er gebeurde, maar je lichaam schiet in de hoogste alertheid.
Al snel blijkt dat er iets is met broeder Roger. We worden gevraagd weer te gaan zitten. We zien de prior opgetild worden. Het is een bijna transcendent beeld, de broeders in hun witte gewaden en het lichaam dat wordt weggedragen. De broeders die zijn gebleven in de kerkruimte zetten een lied in.
Met het klimmen van de jaren ben ik meer en meer onder de indruk hoe de broeders hebben gehandeld. Broeder Roger was wel oud, dus ze waren in zekere zin voorbereid op zijn afscheid. Maar op deze manier? Dat denk ik niet. En toch is er vanaf het allereerste moment een helderheid en rust. Ik lees terug in mijn dagboek: “de broeders gaan door. Alles gaat door. Het programma, de diensten, het schoonmaken, het zingen, het eten.”
Al snel wordt duidelijk dat broeder Roger is neergestoken, door een verwarde vrouw. Er volgt een kort politieonderzoek, maar de sfeer op het kloostercomplex blijft kalm. De volgende dag heeft elke groep een ontmoeting met een broeder, waar mogelijk in de eigen taal, om bij te praten en vragen te stellen. Ik noteer: “de broeder is zachtaardig en vredig, met betraande ogen”.
Omdat een aantal mensen uit onze groep toch liever naar huis gaan, rijden we iets eerder terug naar Nederland. Ik voel me kalm en schrijf bij thuiskomst: “misschien kan ik mij zo voelen, vanwege de manier waarop alles doorging. Zoals ik heb kunnen zien. Niet negerend wat er gebeurd is, maar zeker niet negerend wat er al die jaren daarvoor is opgebouwd.”
Nog steeds is Taizé een plek van ontmoeting en bezinning en verbinding. Dat is niet veranderd. Het is nog steeds een plek vol van licht en betekenis. Sinds die dag in 2005 zijn er nog weer honderdduizenden jongeren geweest.
Door deze ervaring weet ik hoe belangrijk de houding van de leiders is. Hoe belangrijk afgestemd zijn op je waarden (God en/of het goede) is. Vertrouwen uitstralen. Doorgaan met wat belangrijk is. Dat mensen in tijden van crisis proberen af te lezen aan de houding van de leiders, hoe ze zich moeten/kunnen gedragen. Ik denk er vaak aan. In deze tijd van polarisatie misschien nog wel iets meer. Het is al lang geleden maar het brengt me nog elk jaar nieuwe, waardevolle inzichten.

Previous
Previous

Een hart dat zich overal opent

Next
Next

Als in een gebed